Manifest tegen Islamofobie 2020

In mei/juni 2020 demonstreerden 50.000 mensen tegen racisme en voor een rechtvaardige, solidaire en open maatschappij. Een maatschappij waarin geen plaats is voor racisme, discriminatie, antizwartracisme, islamofobie, antisemitisme, seksisme en homofobie.  Al deze vormen van racisme behoeven expliciete aandacht omdat er naast de overeenkomsten ook verschillen zijn. In dit manifest willen wij ons concentreren op discriminatie jegens moslims en degenen die hiervoor worden aangezien. In dit manifest willen wij ons concentreren op discriminatie jegens (vermeende) islamitische of niet-islamitische individuen, groepen en / of hun geloofsleer, eigendom, instellingen en/of instituties van de islamitische gemeenschappen en hun religieuze voorzieningen.

Teken hier het manifest

Islamofobie, de definitie

Islamofobie (antimoslimracisme/moslimhaat/moslimdiscriminatie) is een specifieke vorm van racisme gericht tegen moslims en personen die als zodanig worden beschouwd, op grond van naam, uiterlijk, kleding en/of taalgebruik.  Islamofobie verwijst naar daden van verbaal, fysiek en psychologisch geweld en discriminatie, evenals racistische uitlatingen die vaak zijn gebaseerd op een historisch gegroeid hiërarchisch en generaliserend onderscheid tussen Europeanen en (vermeende) moslims en daarmee samenhangende stereotypen en vooroordelen. Deze leiden, onder andere, tot uitsluiting en ontmenselijking van moslims en al diegenen die als zodanig worden gezien.

Niveaus waarop islamofobie, al dan niet met een onderlinge relatie, kan plaatsvinden:

  • Burgerlijk: interacties tussen individuele burgers in het publieke domein en privédomein. Hieronder kunnen gewelddadige handelingen vallen en uitingen van haat en afkeer.
  • Institutioneel: een systematisch en hiërarchisch onderscheid tussen islam en andere levensbeschouwingen/religies en/of tussen moslims en andere burgers op basis van hun vermeende islamitische identiteit. Hierbij kunnen we denken aan discriminatie op de arbeidsmarkt en het in standhouden ervan, beleid dat de burgerrechten van moslims aantast en generaliserende beelden over moslims in het onderwijs.
  • Politiek: moslims en/of islam inzetten als instrument in politieke retoriek om te stemmen te winnen, te pleiten tegen (varianten op) ‘omvolking’, oproepen tot discriminatie, haat en afkeer, tot aan oproepen tot collectief geweld aan toe. Het georganiseerde bezetten van islamitische scholen en aanslagen op moskeeën, met of zonder afkeuring van politiek gevestigde partijen maakt hier ook deel van uit.

Aanbevelingen

Verschillende vormen van racisme en discriminatie, waaronder islamofobie, lijken in Nederland steeds meer genormaliseerd te worden. Tevens bestaat er een reële kans dat in aanloop naar de aanstaande landelijke verkiezingen de polarisatie verder aangewakkerd wordt door politieke partijen en politici. Daarom willen wij dit manifest  met aanbevelingen om islamofobie te voorkomen en tegen te gaan, aanbieden aan de politiek.

Publieke ruimte

  • Treed op tegen haatzaaien, racisme, discriminatie en uitsluiting in alle aspecten van het publike debat, op social media en in de gevestigde media.
  • Voorkom dat in de publieke discussie vooral een negatief en generaliserend beeld over de islam en moslims wordt geschetst. Maak geen hiërarchisch onderscheid tussen verschillende geloofsuitingen zodat moslims niet op basis van hun religie worden geproblematiseerd. Het is een zeer diverse groep.
  • Stop stigmatiserende framing van onderwerpen die met (vermeende) moslims. Benoem Nederlanders van kleur in eerste instantie als Nederlandse burger en niet als ‘de ander’, de ‘crimineel’ of de ‘barbaar’.
  • Begin of blijf optreden tegen fysieke agressie en het aanzetten tot haat en discriminatie tegen moslims, hun instituties en faciliteiten.
  • Focus op verbindende thema’s in plaats van op onderscheid. Organiseer bijeenkomsten waarbij moslims en niet-moslims in contact komen en door middel van empathie en dialoog positieve ervaringen opdoen.
  • Stop de eis dat (vermeende) moslims zich moeten ‘aanpassen’ aan ‘Nederlandse normen en waarden’. Het is niet helder wat hieronder wordt verstaan. Met de ‘aanpassingseis’ wordt er een ‘wij en ‘zij’ kunstmatig gecreëerd en in stand gehouden.
  • Werk aan gelijke behandeling van iedereen en in het bijzonder moslima’s die door hun hoofddoek herkenbaar zijn en daardoor vaak structureel buitengesloten en zelfs belaagd worden.

Arbeidsmarkt

  • Zoek naar nieuwe manieren om discriminatie op de arbeidsmarkt voor werknemers en stagiaires serieus en effectief aan te pakken.
  • Voorkom discriminatie tijdens sollicitaties.
  • Implementeer best practices, bv. volgens aanbevelingen uit bestaande onderzoeksrapporten van de VN en de EU en onderzoek deze.
  • Vergroot kennis en handelingsbereidheid van professionals met betrekking tot islamofobie. Train werkgevers, werknemers, school- en zorgprofessionals in het herkennen van en acteren op islamofobie.

School en opleiding

  • Investeer breed in scholing over mensenrechten, diversiteit, wereldreligies en discriminatie op scholen Mogelijkheden hiervoor:
    • Educatie: over racisme, mensenrechten en discriminatie aan scholieren. Hierbij horen ook handleidingen en trainingen voor docenten over hoe lessen in te vullen. Besteed aandacht aan de Nederlandse koloniale en slavernij geschiedenis zowel als aan de migratiegeschiedenis van arbeidsmigranten uit de jaren ’80, de strijd voor gelijkberechtiging van vrouwen en homo’s etc..
    • Beleid: reglementen voor leerlingen over de verwachtingen van de school met betrekking tot de onderlinge omgang en de bestrijding van discriminatie en racisme. Eveneens als protocollen voor docenten over hoe te handelen als zij racisme en discriminatie in alle vromen signaleren.
    • Signaleren: scholing van docenten in bewustwording en signaleren van racisme en discriminatie en hoe hierop te handelen.
    • Omgeving: het betrekken van ouders bij het onderwerp door middel van ouderavonden, hen op de hoogte stellen van het schoolbeleid. Het schoolgebouw en het schoolplein veilig maken voor alle jongeren en kinderen.
  • Beschouw tweetaligheid als een groot goed en niet als een belemmering in het onderwijs of voor verdere studie. Friezen of Limburgers zijn tenslotte ook tweetalig.
  • Voorkom dat jongeren hun negatieve ideeën over ‘de Ander’ grotendeels baseren op mediaberichten of social media. Leer jongeren om mediawijs te worden.
  • Bevorder onbevooroordeelde communicatie tussen ouders en scholen.
  • Lerarenopleidingen zijn de beste plaats om te beginnen met scholing van docenten.

Gemeentelijk beleid

  • Waarborg de veiligheid van islamitische burgers en gebouwen. Bescherm moskeeën en islamitische gebouwen adequaat in samenspraak met de gemeenschap.
  • Implementeer anti-racistische projecten. Stel hiervoor subsidie ter beschikking en laat deze door ervaren deskundigen uitvoeren.
  • Implementeer een lokaal beleid tegen islamofobie. Best practise: Barcelonamodel.
  • Zorg voor een snelle en adequate juridische benadering van islamofobe voorvallen. Neem gemeenten als voorbeeld waarin moties zijn aangenomen om islamofobie gelijk te stellen aan de behandeling van antisemitisme en/of homohaat.
  • Stel subsidie ter beschikking aan deskundigen die tegen islamofobie strijden.
  • Steun een adequate registratie van islamofobie.

Landelijk beleid

  • Neem de aanbevelingen van de VN met betrekking tot racisme, uitsluiting en islamofobie ter harte.
  • Hou universele mensenrechten en de Nederlandse grondwet (artikel 1) in acht. Voer geen discriminerende beleidsmaatregelen uit tegen moslims en pleit hier ook niet voor.
  • Erken islamofobie[1] als een specifieke vorm van racisme en discriminatie. Geef islamofobie de publieke erkenning (te vergelijken met antisemitisme) en benader het met dezelfde juridische maatregelen die slachtoffers steunen en de daders bestraffen.
  • Voorkom dat in de politieke discussie een negatief en generaliserend beeld over de islam wordt geschetst. Maak geen hiërarchisch onderscheid tussen verschillende geloofsuitingen zodat moslims niet op basis van hun religie worden geproblematiseerd.
  • Neem verantwoordelijkheid. Politici dragen verantwoordelijkheid in het politieke en maatschappelijke debat door géén uitspraken te doen die in strijd zijn met de wet en aanzetten tot onverdraagzaamheid, haat, geweld of discriminatie. Dit geldt niet alleen voor politici die hatespeech verkondigen, maar ook voor de zwijgende meerderheid.
    • Zet als politicus de islam niet (langer) instrumenteel in ten bate van een bewust – nog verder – te cultiveren wij-zij denken.
    • Bezig geen politiek discours gericht op uitsluiting, racisme en discriminatie.
    • Neem duidelijk stelling tegen het discours van anderen als deze zich richten op uitsluiting, racisme en discriminatie.
    • Bouw een politiek programma op inclusie en gelijkberechtiging.
  • Sta voor
    • Betrek bij besluitvorming maatregelen om discriminatie tegen moslimvrouwen tegen te gaan. Voer geen maatregelen in, of herzie deze als de vrijheid van religie in het geding is.
    • Benader (de implementatie van) religieuze kledingbeperkingen voor alle religies op dezelfde wijze, richt deze niet op moslimvrouwen.
    • Stel interne richtlijnen op voor een niet-discriminerende benadering van alle moslimvrouwen. Dit bevordert voor hen inclusie in alle aspecten van het leven.
    • Neem bestaande wetgeving op uitsluiting en discriminatie van moslima’s die hoofddoeken of boerka’s dragen onder de loep.
  • Neem afstand van het verband dat wordt gelegd tussen terroristisch geweld en de islamitische Nederlandse burger. Vraag hen niet zich uit te spreken tegen geweld gepleegd door vreemden.
  • Genereer aandacht voor het negatieve effect van antiterrorisme maatregelen op islamitische Nederlanders. Dit zorgt ook voor een verspreiding van islamofobie.
  • Besteed aandacht aan de dreiging van extreemrechtse radicalisering en spreek dit ook uit.
  • Neem maatregelen tegen discriminatie en schending van rechten en veiligheid van islamitische Nederlanders via social media. Onderneem actie tegen providers en moderators wanneer ze in gebreke blijven racisme te onderkennen.
  • Neem stelling over de term ‘vrijheid van meningsuiting’. Onbeperkt beledigen, met de dood bedreigen, agressie of ongefundeerd beschuldigen vallen hier volgens de wet niet onder. Draag pro-actief uit dat discriminatie, uitsluiting en racisme te allen tijde onacceptabel is en niet onder vrijheid van meningsuiting valt.
  • Ondersteun binnen beleids- en wetgevend kader initiatieven die tegen islamofobie strijden (campagnes, preventie, educatieve maatregelen).
  • Implementeer de motie van de CU om de straf tegen hatespeach en groepsbelediging te verhogen.
  • Stel een landelijke coördinator moslimdiscriminatie/islamofobie aan naar voorbeeld van de landelijke coördinator antisemitisme en naar de huidige coördinator van de EU.

Erkenning en registratie van islamofobie

  • Erken islamofobie als een vorm van structureel racisme. Islamofobie[1] wordt in Nederland niet erkend als aparte discriminatiegrond. Ook de registratie hiervan door politie en andere officiële instanties blijft hierdoor uit.
  • Ontwikkel en bevorder een landelijke gegevensverzameling op het gebied van haatmisdrijven en ongelijkheid, waarbij vooringenomenheid tegen moslims en personen die men als moslims ziet als een categorie wordt erkend.
  • Splits gegevens uit naar meerdere discriminatiegronden, waaronder geslacht, ras, etniciteit en religie.
  • Ontwikkel duidelijke richtlijnen die alle instanties kunnen gebruiken.
  • Onderzoek de omvang en de aard van islamofobie door gedegen onderzoek.

 Wat doen wij?

  • Bewustzijn onder moslims vergroten zodat islamofobie zowel onder moslims als niet-moslims niet wordt genormaliseerd.
  • Slachtoffers steunen.
  • In kaart brengen en zichtbaar maken van alle vormen van islamofobie.
  • Monitoren van alle vormen van islamofobie in Nederland.
  • Aan de kaak stellen van hate speech en discriminatie van moslims in beleid en media.
  • Campagne voeren om de meldingsbereidheid van islamofobie te vergroten.
  • Samenwerking zoeken met instanties en organisaties die zich met hetzelfde onderwerp bezig houden.
  • Initiatieven steunen die vechten voor gendergelijkheid van moslimvrouwen.
  • Blijven strijden voor gelijke rechten van iedereen.
  • Meldingsbereidheid 

Waar willen wij ons in de toekomst, naast bovenstaande, voor inzetten?

  • Een landelijke campagne ter meldingsbereidheid van islamofobie.
  • Een overkoepelend overleg met de politie, adv’s, burgerinitatiaven en maatschappelijke organisaties.
  • Jongeren bereiken.

Amsterdam september 2020

Collectief tegen Islamofobie en Discriminatie
EMCEMO
IZI Solutions
Meld Islamofobie S.P.E.A.K.

Voor meer info: islamofobie@gmail.com • tel: 020-4288825