Op dit moment ligt het conceptplan ‘Amsterdamse Aanpak Volkshuisvesting’ voor ter inzage en inspraak. Het plan voorziet in een aanpak die op de korte en lange termijn doorbraken moet realiseren op het gebied van volkshuisvesting. In het participatietraject rondom de Amsterdamse Aanpak Volkshuisvesting is ook ruimte ingebouwd voor groepen die voor de gemeente moeilijker te bereiken zijn. Eén van deze groepen is de categorie migrantenouderen. Om inzichten over deze groep op te halen, voor de ontwikkeling van de aanpak, is de werkgroep migrantenouderen (bestaand uit migranten zelforganisaties HTIB en EMCEMO, het AFWC, !WOON, WoonSaem, Sigra en de Gemeente Amsterdam) benaderd. Deze werkgroep is ontstaan nadat !WOON samen met EMCEMO en HTIB1 eind 2021 een onderzoek heeft uitgevoerd naar de woonwensen van Turkse en Marokkaanse migrantenouderen, voortbordurend op een eerder onderzoek van EMCEMO en HTIB naar de wensen en ervaringen van Turkse en Marokkaanse ouderen (2020). Na publicatie en overhandiging hiervan aan de toenmalige wethouder (wethouder Wedemeijer, maart 2022) is de werkgroep op verzoek van deze wethouder gestart om de aanbevelingen uit het onderzoek verder met elkaar uit te werken. De aanbevelingen van de werkgroep zijn in eerste instantie gericht op de groep Marokkaanse en Turkse ouderen (immers de snelst groeiende groep), maar veel geldt ook voor andere etnische groepen.
De inspanning die in het participatietraject van de Amsterdamse Aanpak Volkshuisvesting is geleverd om in focusgroepen ook de minder makkelijk bereikbare doelgroepen te bereiken waarderen wij en zien we als een positieve ontwikkeling. Ondanks de geleverde inspanning en de goede intenties zien we dat het aandeel migrantenouderen in het conceptplan ‘Amsterdamse Aanpak Volkshuisvesting’ erg summier en vrij algemeen aan bod komt. Ook zijn er geen concrete acties benoemd die de doelen van de migrantenouderen zouden moeten helpen realiseren. We missen het gevoel van urgentie in relatie tot deze ouderen. Om ouderen met een migratieachtergrond in de toekomst ook op een prettige en passende manier oud te laten worden in de stad is extra inzet nodig. Deze groep is van origine geen groep die zijn stem laat horen en daardoor snel vergeten kan raken, terwijl het wel een groep is die onder de ouderen op verschillende vlakken (financieel, gezondheid, taalbarrière) bij de meest kwetsbare ouderen hoort. Het is daarom noodzakelijk en urgent dat migrantenouderen een stevige en vooral zichtbare positie verkrijgen binnen de Amsterdamse Aanpak Volkshuisvesting.
In deze inspraakreactie zetten wij verder uiteen wat er nodig is en waarom het belangrijk is dat migrantenouderen binnen de Amsterdamse Aanpak Volkshuisvesting een stevige positie krijgen, maar ook welke voordelen dit heeft voor de stad Amsterdam.
Voor de volledigheid geven wij nog mee dat de Gemeente Amsterdam weliswaar onderdeel uitmaakt van de werkgroep migrantenouderen, maar dat zij geen aandeel heeft in deze inspraakreactie.
Benodigde acties
De werkgroep migrantenouderen heeft vastgesteld dat in het belang van de groep migrantenouderen de Amsterdamse Aanpak Volkshuisvesting de volgende acties prioriteit verdienen:
- Migrantenouderen en hun organisaties vroegtijdig informeren over en betrekken bij projecten in de nieuwbouw of bij omvorming bestaande bouw, gericht op ouderenhuisvesting en het ontwikkelen van
- Het inzetten en faciliteren (met kennis en middelen) van migrantenzelforganisaties om migrantenouderen te bereiken, voor te lichten en te activeren. Dit draagt bij aan een duurzame buurtgerichte en inclusieve
- Meer en structureel financiële middelen beschikbaar stellen, o.a. aan migrantenorganisaties, om migrantenouderen (en hun netwerken in de buurten) te betrekken bij en te informeren over ouderenhuisvesting, de leefomgeving en woon/zorg gerelateerde zaken.
- Organiseren van excursies naar woonvormen (ook in andere steden) voor ouderen om doorstroming te
- Investeren in bestendige ondersteuning (continuïteit, langere periode, vertrouwde mensen) van de ouderen die willen verhuizen naar een passende woonvorm. Dit is een belangrijke voorwaarde om te willen verhuizen en door te stromen.
- Overwegen om een streefcijfer af te spreken voor het aandeel geclusterde woningen/woonzorgprojecten (in de nieuwbouw) voor migrantenouderen in de komende vijf Dit zal ook een stimulerend effect hebben op de verhuisbereidheid (grijp je kans!).
- Mogelijkheden bekijken om beperkingen op te heffen bij pendelen tussen Nederland en het land van
- Concrete afspraken maken met zorgpartijen die specifieke zorg kunnen bieden aan migrantenouderen in buurten waar hier veel vraag naar is.
- Continueren (en faciliteren) van de werkgroep migrantenouderen als kennis en aanjaagplatform van de gewenste beleids- en uitvoeringspraktijk. Het is noodzakelijk om samen op te blijven trekken om zo tijdig in te kunnen spelen op ontwikkelingen en resultaat te kunnen
Migrantenouderen worden een steeds grotere groep
Uit de cijfers van 2022 van het CBS blijkt dat 57,2% van de huidige inwoners van Amsterdam een migratieachtergrond heeft. Inwoners met een migratieachtergrond hebben vaak een andere kijk op wonen, de leefomgeving, ouder worden en op welke wijze zij gebruik willen maken van zorg en voorzieningen. Door de vergrijzing onder de eerste groep gastarbeiders en het groeiende aantal migranten in Amsterdam groeit het aandeel migrantenouderen snel. Naast de gastarbeiders van het eerste uur die na WO II naar Nederland kwamen (Zuid-Europa, Marokko en Turkije) zijn migratiebewegingen ontstaan onder invloed van de koloniale geschiedenis van Nederland. En niet te vergeten de eerste Chinezen die al ruim voor WO II naar Nederland kwamen. In de laatste decennia is er een toename van vluchtelingen en Oost-Europese migranten. Migranten kunnen niet onder één noemer worden geplaatst: de diversiteit is groot en er is verschil in geschiedenis, maar ouder worden ze allemaal.
De verwachting is dat het aandeel migrantenouderen van nu 23.000 in 2030 zal stijgen naar 43.000. Daarmee is het de snelst groeiende groep ouderen in Amsterdam. Deze ontwikkeling zorgt ervoor dat het onderdeel ouderenhuisvesting van de volkshuisvesting zoals deze nu is ingericht (voornamelijk op de autochtone ouderen) met haar communicatiemiddelen en concepten onvoldoende aansluit op migrantenouderen. Dit vraagt om een andere manier van communiceren, denken en inrichten van woon-en woonzorg concepten binnen de aanpak volkshuisvesting voor deze doelgroep. Om te zorgen dat óók deze groep nu en straks passend en toekomstbestendig kan wonen is nu actie vereist.
Ongelijk investeren voor gelijke kansen
Ouderen met een migratieachtergrond zijn in vergelijking tot autochtone ouderen op verschillende vlakken kwetsbaarder. Migrantenouderen hebben vaker een zwakkere financiële positie, kampen relatief vaker en eerder met gezondheidsproblemen en zijn onder andere hierdoor, maar ook door de taalbarrière minder zelfredzaam. Dit draagt er aan bij dat onder deze groep het welzijn lager is dan bij de autochtone ouderen. Om ervoor te zorgen dat het welzijn van ouderen met een migratieachtergrond de komende jaren verbetert zijn gerichte extra investeringen nodig. Dit om te voorkomen dat migrantenouderen, naast de beperkingen die ze al ervaren, nog meer op een achterstand komen te staan, doordat zij onvoldoende worden betrokken bij en positie hebben in de uitvoeringspraktijk van de Amsterdamse Aanpak Volkshuisvesting.
Onwetendheid leidt tot passiviteit
Migrantenouderen weten vaak niet welke mogelijkheden er zijn op het gebied van ouderenhuisvesting. Enerzijds komt dit doordat de initiële (vaak traditionele, schriftelijke) communicatiemiddelen niet effectief zijn voor het bereiken van deze doelgroep en anderzijds omdat deze doelgroep vaak de taal niet machtig is en/of ook in de eigen taal analfabeet is. Door onwetendheid op het gebied van ouderenhuisvesting en de mogelijkheden die er zijn hieromtrent heeft men geen perspectief en daardoor ook niet de wil om na te denken over ouder worden en passend wonen. Gevolg hiervan is dat men te lang blijft wonen in een woning die niet passend is en pas in beweging komt als het te laat is (optreden van fysieke beperkingen) met alle gevolgen van dien.
Migrantenorganisaties kunnen de brug slaan
Veel migrantenouderen roepen de hulp in van migrantenorganisaties als er problemen zijn. Migrantenorganisaties zijn in staat om voor de ouderen de brug te slaan naar de samenleving omdat zij het vertrouwen genieten en zich kunnen inleven in de wereld van deze ouderen. Omgekeerd kunnen deze organisaties een dergelijke functie ook innemen binnen de volkshuisvesting en een belangrijke samenwerkingspartner zijn voor instanties en de gemeente. Migrantenorganisaties zoals EMCEMO en HTIB kunnen een rol vervullen in voorlichting en communicatie enerzijds en signaleren en terugkoppelen anderzijds, bijvoorbeeld door bijeenkomsten te organiseren in de eigen taal.
Migrantenorganisaties draaien op de inzet van vrijwilligers en beschikken over een zeer beperkt budget. Om een substantiële en noodzakelijke bijdrage te kunnen leveren aan de opgave van passende volkshuisvesting voor migrantenouderen, om deze rol als partner te kunnen vervullen, vragen wij de Gemeente om te kiezen voor het inzetten van migrantenorganisaties (in brede zin, niet alleen de hiergenoemde) bij de uitvoering van het beleid en hiervoor voldoende middelen te reserveren. Het versterken en faciliteren van deze rol die de organisaties graag op zich nemen, zal het voorgenomen beleid direct een stuk effectiever maken.
Zelf zien en ervaren welke alternatieven er zijn
De krapte op de woningmarkt is groot. Het vrijwillig door laten stromen van (migranten)ouderen die te groot wonen wordt gezien als kans om verhuisbewegingen op gang te brengen. Dit gaat echter niet vanzelf. (Migranten)ouderen alléén informatie geven over ouderenhuisvesting is onvoldoende om (migranten)ouderen in beweging te krijgen. Naast goede informatie is ook zien en ervaren belangrijk. Door (migranten)ouderen in de praktijk kennis te laten maken met woonconcepten voor ouderen (organiseren van excursies), kun je met ouderen in gesprek komen over de meerwaarde van een passende woonvorm en hen bewegen om door te stromen naar een passende woning. Het daadwerkelijk ervaren zorgt ervoor dat (migranten)ouderen een veel beter beeld krijgen van wat verschillende vormen van ouderenhuisvesting voor hen kan betekenen en in welke mate dit voordelen voor hen oplevert. Wil je doorstroming bevorderen dan kan inzet op dit vlak de komende jaren enorm helpen om grotere woningen voor te krap wonende gezinnen vrij te spelen. Een win-win situatie.
Passend bouwen voor migrantenouderen
Rekening houdend met de te verwachten groei van de groep migrantenouderen in de komende jaren is het belangrijk dat migrantenouderen vroegtijdig betrokken worden bij bouwplannen waarbij ouderenhuisvesting op de planning staat. Migrantenouderen hebben vaak afwijkende woonwensen van autochtone ouderen. Het gaat daarbij niet om hele grote, maar voor hen wel essentiële verschillen zoals bijvoorbeeld de behoefte aan een grote keuken. Inclusief bouwen waarbij alle ouderen in de stad zich prettig en veilig voelen zou de norm moeten zijn. Dit kan alleen door het toepassen van reeds bestaande kennis (diverse onderzoeken) op het gebied van woonwensen van migrantenouderen en het in contact blijven staan met deze ouderen bij het ontwikkelen van woon/woonzorgconcepten. Hiermee bouw je niet alleen voor de migrantenouderen nu maar ook alvast voor de steeds groter wordende groep toekomstige ouderen met een migratieachtergrond. Zo wordt Amsterdam niet alleen een toekomstbestendige stad, maar ook een stad die de reële diversiteit aan achtergronden en leefstijlen weerspiegelt.
Zorg voor passende (zorg)voorzieningen
Naast passend wonen zijn zorg en welzijnsvoorzieningen die aansluiten bij de behoefte van migrantenouderen een belangrijk onderdeel voor het welzijn van deze ouderen. Migrantenouderen vallen als het gaat om zorg vaak terug op hun kinderen of andere familieleden. De taalbarrière en culturele verschillen maken dat veel migrantenouderen zich prettiger en vertrouwder voelen bij iemand uit de eigen kring en minder snel open staan voor formele zorgverleners. Dit vraagt om het anders inrichten van zorg in de nabijheid. Ook zal bij het creëren van woonzorgcirkels als het gaat om ruimtes om met buren samen te komen, goed naar de programmering gekeken moeten worden.
Enkel een ruimte beschikbaar stellen waar men elkaar kan ontmoeten, is niet genoeg. Zorg voor een programmering die aansluit bij de behoefte van migrantenouderen (en betrek ze hierbij) en zorg hierbij voor voldoende ondersteuning. Het gaat niet vanzelf.
Daar waar het gaat om het behoud van de bestaande vierenzestig verpleeg- en verzorgingshuizen in de stad lijkt het van belang om de zorg cultuur sensitiever, en in sommige gevallen ook cultuurspecifiek in te richten, zodat deze voorzieningen beter aansluiten bij de behoefte van migrantenouderen.
Werkgroep migrantenouderen
De werkgroep migrantenouderen is een werkgroep die bestaat uit deelnemers met verschillende expertise (AFWC, WoonSaem, Sigra, EMCEMO, HTIB, !WOON en de Gemeente Amsterdam). De werkgroep is het afgelopen jaar bezig geweest met het in kaart en (deels) in uitvoering brengen van de woonwensen van migrantenouderen en hiermee het versterken en verbeteren van hun positie op de woonmarkt. Door de kennis en bevoegdheden die aanwezig zijn binnen de groep kunnen signalen snel worden gedeeld en adequaat worden opgepakt. Ook kunnen nieuwe passende (passend bij de behoefte van migrantenouderen) projecten worden opgezet en bestaande projecten verder worden gebracht. En vindt er tijdig en met regelmaat kennisuitwisseling plaats die zo hard nodig is om de ontwikkelingen bij te kunnen benen die elkaar in rap tempo opvolgen. De leef en systeemwereld staan zo direct met elkaar in verbinding, waardoor praktijk en beleid beter op elkaar aansluiten.
De werkgroep wil de aanpak van woonwensen inventariseren door middel van focusgroepen graag uitbreiden naar andere etnische ouderengroepen. Hierbij wil zij specifiek aandacht besteden aan de groeiende, maar zeer diverse groep ouderen met een vluchtelingenachtergrond.
Pendelen
Veel migrantenouderen willen op hun oude dag (als de kinderen uit huis zijn) pendelen tussen Nederland en het land van herkomst, vaak om redenen van gezondheid en algeheel welzijn (minder stress). Niet altijd is duidelijk welke regels hieromtrent gelden, waardoor er ouderen zijn die niet op en neer durven te reizen, maar dit wel graag zouden willen. Enerzijds is het belangrijk om migrantenouderen hierin van betere informatie te voorzien en anderzijds is het aan te bevelen om naar mogelijkheden te kijken om beperkingen op te heffen, zodat migrantenouderen niet bang hoeven te zijn dat zij uit huis worden gezet als zij te lang in het buitenland verblijven of het recht op hun uitkering verliezen. Mogelijk is hier aanvullend of specifiek beleid op nodig. De werkgroep denkt hier graag over mee.